Je kunt zoveel zeggen, zoveel schrijven, zoveel tips geven over spreken in het openbaar, hoe je spreekangst overwint en een natuurlijk spreker wordt: maar duidelijker is nog een klein prachtig filmpje dat we als Amsterdamse sprekersclub opdoken in de oceaan die internet heet:
Het is grappig om eigenlijk dezelfde tegenstelling te zien in de verfilming van Julius Caesar, het beroemde stuk van Shakespeare. In het kort: Julius Caesar wordt vermoord door Brutus. Brutus verdedigt zich tegenover het volk, in een openbare rede. Zijn betoog in het kort: Julius Caesar was een fantastische president, ik hield van hem, maar hij dreigde dictator te worden. Caesar was ambitious. Ik hield meer van Rome dan van een aanstaande dictator. Ik kon niet anders. Zeg het maar, volk! Het volk toont begrip.
Brutus als middelmatig slechte spreker
De acteur moet Brutus neerzetten als een in principe redelijk overtuigende spreker, maar niet als de meest overtuigende. Hij staat daar als moordenaar met bebloede handen zichzelf te verdedigen, en daarmee zet hij / de film hem natuurlijk meteen op tien-nul achterstand. Maar goed, dat is de weinig subtiele joker die in dit toneelstuk is ingezet. Brutus màg natuurlijk het debat niet winnen.
Opvallend aan de vertolking van Brutus als spreker is dat de acteur 1) ten eerste stil blijft staan, en 2) ten tweede de palmen van zijn hand vaak naar binnen vouwt. Het is de lichaamstaal van iemand die niet zeker is. En 3) met uitzondering van de passage over dat ‘ik, Brutus hem vermoordde’ is de hele toespraak schreeuwerig. Het is een geschreeuwde verontschuldiging die subtiel vermoeiend is om naar te luisteren.
Desondanks is het best aardig. Het is geen Obama, Brutus is een hardrocker die het publiek toeschreeuwt; maar als presentatie kan het er mee door.
De welsprekendheid van Marcus Antonius
Dan is Marcus Antonius aan het woord. Hij hoort tot het kamp van Caesar en Brutus heeft hem gewaarschuwd: je moet op je woorden letten anders ga je eraan. Dat is het theatrale conflict waarin Shakespeare de Marcus Antonius zet. Dus Marcus Antonius doet twee dingen:
Ten eerste maakt hij van zijn herinneringen aan Caesar een persoonlijk verhaal. Een persoonlijke begrafenisrede, waarin hij opsomt hoeveel Caesar volgens hem voor Rome over had, hoe weinig ambitieus hij was.
Ten tweede herhaalt hij tegen die achtergrond steeds dat Brutus een eerbaar man is. De toon wordt steeds sarcastischer, en hoe meer voorbeelden Marcus Antonius geeft van de kwaliteiten van Julius Caesar, hoe schriller en ongeloofwaardiger het “And Brutus is an honorable man”. Het herhalen is een retorische truuk uit het boekje. “Yes we can.” Of “I have a dream”.
Als je in de film analyseert hoe Marcus Antonius als spreker wordt neergezet, dan valt op hij 1) veel meer beweegt dan Brutus 2) hij staat met open handen naar het publiek 3) hij varieert heel erg zijn stem 4) hij laat regelmatig pauzes vallen, na drie minuten zelfs een hele lange pauze waarin hij zich geheel afwendt. Dat heet spanning opbouwen.
Het zijn dit soort tips, uit YouTube en door het kijken naar beroemde toespraken, waardoor je gratis van anderen kunt leren. Kom het oefenen bij de Amsterdamse Brugman Club en je wordt gegarandeerd iemand die zich met bloed, zweet en tranen, ondanks zijn rode handen, nog redelijk in het openbaar kan verdedigen, en – als je veel je best doet en talent hebt – een bikkel die iedere hypocriet met bloed aan zijn handen totaal van het toneel wegvaagt!